En dat zit je oudste op voetbal (zie deel I), maar dan heb je nog de kleinere versie. Ook voor kleine broer had ik allerlei leuke ideeën; tennis, basketbal, hockey. Maar nee, hij wist het al lang. Niks balsport…Kungfu moest het worden! Het afgelopen jaar heeft hij zichzelf in deze sport bekwaamd door middel van het kijken van educatieve filmpjes, met in de hoofdrol een pandabeer met overgewicht. Hij heeft alle bewegingen van deze dikke panda geobserveerd en speelt dit nauwkeurig na in de woonkamer, al dan niet met zijn ninjastok (=een bamboestok uit het bos). Vrij vertaald betekent Kungfu: ‘hoge vaardigheid, grote concentratie en toewijding’. Dat klonk best goed, dus ik op zoek naar de dichtstbijzijnde Kungfu school.
Maar tijdens onze laatste vakantie verdween zijn liefde voor Kungfu naar de achtergrond. Er werd flink gevoetbald op de camping, en met zijn rake trappen was hij al snel ‘one of the guys’. En daar zag ik zijn liefde voor de bal groeien. Toen de broers op de lokale markt allebei een voetbalshirt mochten uitkiezen (de echte versies lagen ‘iets’ boven budget), was het gedaan: ‘Mam, ik wil ook op voetbal!’. Toen hij bij thuiskomst, met hoge vaardigheid en concentratie, zijn grote broer achterna zat met zijn ninjastok, leek voetbal me toch niet zo’n slechte keus.
En daar sta ik dan…weer aan het voetbalveld. Het is toch ook wel schattig, die kleine mannetjes die met zijn allen op een kluitje staan, met de bal ergens er tussenin. Net als ik vertederd toekijk, lost een van de mukken een uitzonderlijk hard schot. De bal vliegt met hoge snelheid vol in mijn gezicht. Mijn zonnebril (van een niet goedkoop merk) vliegt van mijn hoofd en belandt op de stenen, en uiteraard net zoals bij een boterham met pindakaas, op de verkeerde kant. De vader in kwestie vindt het erg van mijn bril, maar ik bespeur een lichte trots op de talentvolle rechtse van zijn zoon.
En dan, om het seizoen af te sluiten, de voetbalbarbecue, die we vanaf nu dus 2x per jaar gaan meemaken. De ouders voetballen tegen de kinderen en daarna worden de kolen aangestoken. Vooral de vaders zijn tijdens de vriendschappelijke wedstrijd soms iets te fanatiek en maaien hier en daar een kind omver, alles voor een doelpunt. Ik had me voorgenomen om me van mijn beste voetbalkant te laten zien, maar ik ben er achter dat ik die niet bezit. Een van de vaders verontschuldigt zich voor zijn slechte spel, door een blessure aan zijn been. Hij licht dit toe in zijn beste Engels, aan een Franse vader:
‘I went running, but I was as stiff as a tree. And then it jumped into my leg!’
Ik kijk hem ongelovig aan, zei je nou echt: ‘As stiff as a tree?’ De Franse vader merkt op dat deze zin het goed zou doen in bepaalde films. Hij vertaalt het nog even in het Frans, en dan klinkt het opeens heel mooi.
En dan keren we huiswaarts. Op naar een nieuw voetbaljaar, zelfs ik kijk er naar uit!