Vandaag ga ik langs bij tante Lenie. Ze is eigenlijk geen echte tante, maar mijn moeders BFF. In dit geval kun je de F van Forever vrij letterlijk nemen, want Lenie is inmiddels de 90 gepasseerd.

Op weg naar het verzorgingshuis zie ik er een beetje tegenop. Ik voel me nooit senang op plekken waar de eindigheid van het leven zo duidelijk is. Alsof ik nog in de ontkenningsfase zit. Bovendien zit Lenie op een gesloten afdeling en dat klinkt nog minder gezellig.

Mijn moeder en ik stappen uit de lift. ‘Even wachten hoor, tot de liftdeuren sluiten’ roept m’n moeder ‘Ik heb al een keer op m’n donder gehad’. Als ik om me heen kijk, begrijp ik dat mensen hier willen ontsnappen; stiekem de lift in, een pak gevulde koeken snaaien en dan met de eerste de beste scootmobiel ervandoor scheuren. Vrijheid is een natuurlijke behoefte.

Als we binnenkomen zit Lenie half te dommelen in haar stoel. Haar kamer omvat niet veel meer dan een bed, een kastje en een luie stoel. Als ze ons ziet, breekt er een grote lach door op haar gezicht. Ik geef haar de zonnebloemen die ik meegenomen heb. ‘Wat leuk!’ roept ze. Ze kijkt naar mijn moeder en zegt: ‘Dat is mijn beste vriendin!’. Vervolgens kijkt ze naar mij met een vragende blik: ‘Ben jij nou Thea?’.
‘Nee Leen, Thea is toch mijn zus!’ zegt m’n moeder. Dat ze me aanziet voor een 70 jarige leg ik gauw naast me neer. Age is just a number, zeker voor Leen.

We kletsen even bij, waarbij het me opvalt dat ze schakelt van scherpzinnige observaties naar momenten van verwarring. Ze heeft dit zelf ook door en zegt dan: ‘Ik vergeet nog weleens wat hoor’. Boven haar bed hangt een schilderijtje van Joris, haar teckel. En overal staan foto’s van haar gezin, kleinkinderen, achterkleinkinderen en vrienden.

Lenie werkte ooit bij de Rijksluchtvaardienst, maar ik denk bij haar altijd aan water. Ze had samen met haar man een oude Tjalk waarmee ze de binnenwateren over zeilden. Wij mochten vroeger logeren op het schip en dat was heerlijk. Varen, zwemmen in de plas en in het ruim was altijd voldoende te eten. Voornamelijk culinaire hoogstandjes van Unox, want haar man werkte daar. Niks lekkerder dan een broodje knakworst na een duik.

We gaan een rondje met haar wandelen, zij in de rolstoel, mijn moeder en ik om beurten duwend. Als we door de hal lopen, wijst ze naar een grote poster. ‘Kijk, dat ben ik, toen ik nog wat mobieler was’. Ik zie een poster met een overzicht van wat er allemaal te doen is in het huis. Op een van de foto’s staat een lachende Lenie pannenkoeken in de lucht te gooien. Ik zou haar ook voor mijn pr gebruiken, je wilt hier spontaan komen wonen. Eenmaal buiten lopen we langs haar oude huis met de vlinderboom, die volgens haar wat beter gesnoeid mag worden. Ik vind het bijzonder om te zien dat ze op deze leeftijd nog steeds dezelfde opgewekte tante is, ze zegt iedereen die we tegenkomen gedag, net als op het water. Ze merkt vogels op en noemt alle bloemensoorten die ze herkent. Dingen waar ik vaak zonder ze op te merken voorbij loop.

Even later drinken we thee op het terras voor het huis. ‘Kijk’ zegt ze ‘Dat viooltje heeft de hele winter overleefd’. In de hoek van het terras steekt een piepklein viooltje tussen de tegels vandaan. Wonderlijk. Ik vraag me meteen af hoe oud een viooltje kan worden. En wie het gaat winnen.

Als we terug zijn in de lift zie ik een pamflet hangen. ‘Er komt hier morgen een pianist een concert geven’ zeg ik tegen haar. ‘Mooi, daar ga ik naar toe! Ik ga overal naar toe’. Gisteren was ze naar de countryavond. Muziek is aan haar besteed, Lenie speelde zelf mandoline en ukelele en ze zong in een bandje met haar zus.

Terug in haar kamer tillen we haar weer in haar stoel, ze is moe, maar alsnog die glimlach. Haar man is er allang niet meer, Joris ook niet en de Tjalk heeft al jaren een andere schipper. Maar Lenie is er nog, met al haar vrolijkheid. Ik omhels haar en vermoed dat ze slaapt voordat we bij de lift zijn.

Onderweg naar huis ben ik vastberaden. Ik ga ook voor een vrolijke 90+. Met vriendelijkheid, familie, BFF’s én muziek kun je een eind komen.

Sailing
Takes me away to where I’ve always heard it could be
Just a dream and the wind to carry me
And soon I will be free

Share This:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Wil je mijn columns in je mailbox ontvangen?

Voer dan hier je emailadres in:

Eerdere columns
Lees en luister
Muziek, (sterke) verhalen, toevallige gebeurtenissen, kunst, boeken, en nog meer muziek...
Columns in je mail

Bericht ontvangen als er een nieuwe column verschijnt? Vul hier je emailadres in: