Zus en ik zijn in Amsterdam. De tentoonstelling ‘My Name is Prince’ is verlengd, dus kunnen we deze mooi nog even bezoeken. Zus is van de voorbereiding en heeft online tickets gekocht, zodat we niet in de lange rij hoeven wachten.

Als we aankomen bij de Beurs van Berlage, zoeken we de rij, maar geen Madame Tussaud praktijken hier. We zijn 2 van de in totaal 10 bezoekers. Onze telefoons moeten in een afgesloten hoesje, zodat we niet in de verleiding komen om foto’s te maken. Daar hield Prince niet van.

We krijgen een audiotour mee, wat ik nooit zo bevorderlijk vind voor de sociale interactie. Zus heeft het volume voluit, dus verstaat niks van wat ik zeg. En als ze zelf iets zegt (lees: brult), kijken de overige 8 bezoekers ook om. Het is in ieder geval minder gênant dan die keer dat ze het stekkertje van de koptelefoon niet in het apparaatje had gedaan, waardoor alle bezoekers haar audiotour mee konden luisteren. Zelf dacht ze dat het geluid uit de koptelefoon kwam die ze op had. Voor de suppoosten doorbreekt het dan wel weer de sleur, een bezoek van Zus.

We zien veel en bijzondere gitaren, handgeschreven songteksten, videobeelden en extravagante outfits. Kleding, daar hield Prince van. Niet helemaal wat ik zou aanschaffen, maar bij zijn verschijning past het wel. En best leuk als je bij elke outfit schoenen hebt in dezelfde stof als van je broek. Als Zus en ik voor een paspop staan die een van zijn kostuums draagt, vraag ik me af of dit op ware grootte is. Er staat toch echt dat dit de originele kostuums zijn. Nou zijn wij uit de klei getrokken Hollandse vrouwen en iets groter dan de gemiddelde wereldbewoner, maar nu voelen we ons echt reusachtig. Die broeken van Prince komen bij ons tot de knie, als we ze al over onze bovenbenen krijgen, en geloof me, die zijn keurig in proportie bij ons.

We genieten van de muziek en kijken concertfilmpjes. Purple Rain blijft een wereldnummer. Mijn persoonlijke favorieten zijn Raspberry Baret en I Would Die for You. Zus gaat vooral voor de nummers van Lovesexy, zij heeft warme herinneringen aan dit album, en met name de hoes waarop Prince besloot een keer geen kostuum aan te trekken (zie: Het Zwijgen van Prince).

We missen wel wat achtergrondinformatie in deze tentoonstelling. Hoe kwam hij aan zijn inspiratie? Door wie werd hij beïnvloed? Waar zijn Wendy & Lisa? Had hij hobby’s? We luisteren, lezen en kijken, maar we komen er niet achter wie de ware persoon achter Prince Rogers Nelson is.

Een mooi stuk van de tentoonstelling vinden wij het gedeelte over Paisley Park, de afgelegen opnamestudio van Prince, vlakbij zijn geboorteplaats Minneapolis. Hier gebeurde het. De foto’s die er hangen zijn gemaakt met een verborgen camera toen hij er niet was. Ik zeg het, hij hield niet van foto’s. En dat is jammer, want daardoor zie je hem niet aan het werk (in een alledaags kloffie). We lezen dat hij vaak verrassingsoptredens gaf, waar iedereen gewoon bij kon zijn. Je moest er wel vanaf weten en toevallig in de buurt zijn, maar hoe geweldig is dat!? Je bent in een club en Prince besluit de hele avond vol te zingen, tot in de kleine uurtjes. Dan denk ik, ja dat heeft hij goed begrepen. Dat is toch het allerleukste van artiest zijn. Mensen blij maken met je muziek in een ontspannen setting, zonder dranghekken, vipgedeeltes en de firewall van Ticketmaster.

Als we weer buiten staan in het overvolle Amsterdam, prikt de felle zon op onze huid. Een beetje regen zou niet verkeerd zijn…het liefst paars.

Share This:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Wil je mijn columns in je mailbox ontvangen?

Voer dan hier je emailadres in:

Eerdere columns
Lees en luister
Muziek, (sterke) verhalen, toevallige gebeurtenissen, kunst, boeken, en nog meer muziek...
Columns in je mail

Bericht ontvangen als er een nieuwe column verschijnt? Vul hier je emailadres in: